Autonoom kunnen zijn ontwikkelt zich, in de loop van de ontwikkeling van kinderen steeds naar een hoger niveau door, tot in het abstracte denken toe. Autonoom zijn is meer dan zelfstandig kunnen functioneren alleen.
Het ontwikkelen van autonomie is een essentieel onderdeel van het leren hoe te leren. Deze week beschrijven we activiteiten die je spelenderwijs met kinderen kunt doen en die zoveel ontwikkelingskansen te bieden hebben. Bovendien komen ze iedere dag terug en iedereen kan er meteen mee beginnen. De kinderen krijgen de gelegenheid om iedere dag te oefenen tot ze het vlot en efficiënt kunnen. Dan is het een vanzelfsprekend onderdeel van de je dag geworden zodat je dat gewoon even doet zonder dat het veel moeite kost. “Oefening baart kunst” is hier zeker van toepassing.
Hoewel deze informatie meer gericht is op ouders en wat zij thuis kunnen doen, zijn deze tips natuurlijk voor iedereen, die met kinderen werkt, van toepassing. Pas de tips desgewenst aan jouw specifieke situatie aan.
Als kinderen leren om zelfstandig, in het leven van alledag, te functioneren dan is de kans veel groter dat ze in het leerproces op school ook veel beter weten hoe ze zelfstandig aan het werk kunnen gaan. In de lijst, onder aan deze pagina, kun je zien hoeveel kinderen van zichzelf aankleden kunnen leren. Eigenlijk leren ze er nog veel meer van maar om de lijst niet te lang te laten worden, hebben we hem beperkt tot de meest in het oog springende vaardigheden.
Praktische tips
-
Laat de kinderen oefenen om zichzelf aan en uit te kleden en bouw er geleidelijk aan meer activiteiten in die hen helpen autonoom te kunnen functioneren.
-
Het is niet handig om hier ’s morgens, of als je krap in de tijd zit, mee te beginnen. Neem een moment van de dag waarop er meer tijd is en laat de kinderen oefenen. Maak er een spelletje van en laat het kind merken dat je echt geïnteresseerd bent in zijn leerproces. Lukt het nog niet zo goed, moedig het dan aan en vertel het dat, als het oefent, het steeds beter zal gaan maar geef het niet de kans om op te geven..
-
Hoe handiger kinderen je kind hierin worden, hoe sneller en effciënter ze zich aan zullen kunnen kleden. Dan kun je het ze bijvoorbeeld ’s morgens ook laten doen. Dan wordt het voor jou ook gemakkelijker en gaat het wel in tijd schelen. Het is even een investering maar wel een die op de wat langere termijn, in meerdere opzichten, loont.
-
Ontwikkel liefde voor het leerproces en prijs de kinderen oprecht voor iedere vooruitgang die geboekt wordt: “Met honing vang je meer vliegen dan met azijn” zullen we maar zeggen. De beloning is dan dat je het, als kind, iedere keer een beetje beter kunt en dat je gevoel van eigenwaarde en zelfvertrouwen op kunt bouwen.
-
Het is altijd belangrijk dat voor kinderen het doel haalbaar is dus heb je tot nu toe (bijna) alles voor de kinderen gedaan, laat ze dan niet ineens alles zelf doen maar zorg voor een overgangsperiode.
-
Laat kinderen ’s avonds hun haren netjes kammen. Lukt het dan nog niet zo goed dan is het geen probleem want in bed zie je dat toch niet. ’s Ochtens nog even nakammen als dat nodig is. Komen kinderen op school met een “raar kapsel” of met zijn t-shirt verkeerd aan dan hoeft dat geen probleem te zijn. Het is belangrijk dat men zich realiseert dan de kinderen aan het leren zijn en dat niet alles in één keer goed kan en hoeft te gaan
-
Is een kind niet zo handig, begin dan bijvoorbeeld met het zich uit te laten kleden en zijn kleding (netjes) op te vouwen.
-
Is het toe aan aankleden, laat hem dan bijvoorbeeld alleen zijn t-shirt en zijn sokken aandoen en ’s avonds zijn pyama. Gaat dat gemakkelijk dan kun je er steeds iets bij doen.
-
Maak er een spelletje van om te kijken hoe snel de kinderen een kledingstuk aan kunnen doen: “jij doet je t-shirt aan en ik begin te tellen. Kijken in hoeveel tellen je het vandaag kunt”. Op deze manier worden de kinderen steeds handiger en sneller in het aankleden. Dan kun je het iedere keer een kledingstuk meer aan laten doen.
-
Zing een of twee liedjes en kijk of de kinderen zich in die tijd aan kunnen kleden. Aan de liedjes kan het kind afmeten hoeveel tijd het nog heeft voordat het klaar moet zijn. Bij het begrip “snel” is het voor kinderen lang niet altijd duidelijk wat jij daar mee bedoelt. Op deze manier oefenen de kinderen met een limiet aan tijd en wordt het gestimuleerd om steeds handiger en sneller te worden. Aankleden hoeft dan geen “uren” meer te duren. Zelf zingen heeft het voordeel dat je kunt vertragen als je ziet dat je kind het net (nog) niet haalt. Dat is wat milder dan een cd-tje want dat kan geen rekening met kinderen houden.
-
hoe vaardiger kinderen worden hoe beter en sneller ze ook ’s morgens aan kunnen kleden. Het kost in eerste instantie wat meer “investering” maar op de wat langere termijn is het op veel gebieden alleen maar “winst” omdat je kind zich veel vaardigheden eigen kan maken en zelfstandig kan functioneren.
Wat leren kinderen hier van (nieuw)
-
praktisch inzicht: wat is de binnenkant van mijn t-shirt, zit mijn broek binnenstebuiten of niet, heb ik mijn schoenen goed aan of de linker aan mijn rechter voet, waar liggen mijn sokken, eerst mijn onderbroek en dan pas mijn spijkerbroek enz. Als je straks op school echt moet gaan leren is het belangrijk dat je geleerd hebt om te kijken wat je doet, te weten hoe je iets praktisch aan moet pakken enz.
-
fijne motoriek: knoopjes dicht maken, ritsen dichtmaken, veters strikken. Allemaal heel belangrijk om je vingers soepel en fijnafgestemd te kunnen leren bewegen. Als je bijvoorbeeld je eigen knoopjes niet vast kunt maken dan is er een flinke kans dat je je vingers ook niet goed en soepel genoeg kunt bewegen om netjes te leren schrijven
-
lichaamsoriëntatie: waar is mijn hoofd en hoe moet ik het door het gat van mijn t-shirt steken, welk been in welke broekspijp, waar zit de achterkant van mijn hoofd want die haren moet ik ook kammen, hoe zitten mijn tanden in mijn mond en hoe moet ik ze poetsen, hoe moet ik mijn oren droog maken enz.
-
informatie halen uit wat je ziet. Neem het veters strikken: er wordt me iets voorgedaan, ik moet informatie halen uit wat ik zie, begrijpen wat ik zie en dat na kunnen doen. Heeeeeel belangrijke vaardigheid voor het leerproces want het is immers heel belangrijk dat kinderen informatie kunnen halen uit hetgeen er voor de klas, door de juf of meneer, wordt voorgedaan. Het is niet alleen begrijpen wat je ziet maar ook om het vervolgens zelf te kunnen gaan doen.
-
gewoontevorming: als iets eenmaal tot gewoonte geworden is, kost het veel minder moeite en doe je iets min of meer automatisch.
-
doorzettingsvermogen: niet meteen opgeven als het even niet lukt. Het is belangrijk om door ervaringen te leren dat je niet meteen alles kunt maar dat je soms net zo lang moet oefenen en proberen tot je het kunt. De kinderen die op school bij het minste of geringste moeilijkheid opgeven en dus stoppen met leren, hebben een flinke kans om vertraging bij het leren op te lopen omdat ze steeds op hulp van buitenaf moeten wachten. Ze hebben vaak niet goed geleerd HOE ze door moeten zetten om iets onder de knie te krijgen.
- en nog veel meer maar als we alles gaan beschrijven dan wordt je bedolven onder informatie en dat is ook niet de bedoeling.
Wat leren kinderen hier van (herhaling)
-
zelfgenererend leervermogen: leren hoe je moet leren en zelfstandig een eigen leerproces in kunnen gaan.
-
motorische vaardigheden: zoals gezegd: je lichaam efficiënt in kunnen zetten om je veters te kunnen strikken, knoopjes dicht te maken, broek op te trekken, schoenen aan te doen enz.
-
visuele vaardigheden: als kinderen actief zijn, moeten ze kijken wat ze doen (ik moet mijn voet op de juiste plek krijgen om hem in mijn broekspijp te stoppen bijv.), ieder knoopje in het goede knoopsgat, bewegingen volgen enz. Ogen, handen, benen, voeten enz. leren goed en efficiënt met elkaar samen te werken.