Op school worden heel hoge eisen aan het visuele functioneren gesteld. Een groot deel van wat de kinderen wordt aangeboden is visueel: lesboekjes, leesboekjes, schrijven, de instructie van juf of meneer, kijken op het bord enz.
Voordat we binnenkort praktisch aan de slag gaan is het belangrijk dat we aandacht voor de ontwikkeling van het visuele systeem vragen. In de loop van dit traject zullen we hier regelmatig op terug komen en de verschillende aspecten van het visuele systeem toelichten.
Begin deze week eens om op de ogen van kinderen te letten. In het begin zul je niet veel verschil zien maar naar verloop van tijd zul je zeker “oog” voor de verschillen krijgen.
Toen wij nog dichter bij de natuur leefden, ontwikkelden wij onze motoriek en visuele vaardigheden als vanzelfsprekend omdat we dingen deden die bij onze natuur passen. In feite zijn wij van oorsprong jagers, vissers en boeren. Dat wij in relatief heel korte tijd (als je dat het kader van de evolutie van de mens ziet) nu het grootste deel van ons leven binnenshuis en in de stad doorbrengen wil niet zeggen dat onze natuurlijke behoeftes en de wetmatigheden in ons neurologisch en fysiologisch systeem zo snel mee veranderen.
We gaan er vaak vanuit dat alle vaardigheden die we nodig hebben zich vanzelf ontwikkelen. We staan er in de meeste gevallen niet bij stil dat onze ogen in feite door kleine spiertjes en spiergroepen bestuurd worden. Net zoals alle andere spieren moeten die gebruikt en geoefend worden zodat we ze goed en efficiënt kunnen gaan gebruiken voor hetgeen ze bedoeld zijn.
Omdat onze kinderen steeds minder zelf actief zijn, minder (buiten) spelen en vaak al van jongs af aan (te veel) tijd voor de tv of achter de computer doorbrengen, wordt de kans dat de visuele vaardigheden onvoldoende ontwikkeld worden steeds groter. Let maar eens op kinderen die tv-kijken of computerspelletjes spelen: ze staren en hun ogen bewegen nauwelijks. Bovendien blijven de ogen soms urenlang op een plat vlak vanaf een min of meer vaste afstand gefixeerd. Als je je dan bedenkt dat er voor ontwikkeling van spieren (in het geval van de ogen gerichte) beweging nodig is dan kun je je voorstellen dat het staren ervoor zorgt dat de ogen (veel) minder kans krijgen om zich soepel en efficiënt te leren bewegen en te richten. De kans dat je dan een star visueel systeem ontwikkelt is aanzienlijk.
Voor het lezen en schrijven hebben we een soepel en efficiënt werkende visuele motoriek heel hard nodig: we moeten de regel die we lezen niet alleen met onze ogen kunnen volgen, we moeten tegelijkertijd kleine sprongetjes maken om van het ene woord naar het andere te gaan, we moeten in staat zijn om die woorden scherp te kunnen blijven zien, we moeten aan het einde van de regel weten waar we met onze ogen moeten richten om aan het begin van de volgende regel uit te komen en niet 4 regels verder en ga zo maar door. Ook bij het schrijven moeten de ogen in staat zijn om de kleine precieze bewegingen te kunnen volgen en tegelijkertijd het beeld scherp te kunnen houden. Hier moeten ogen en handen in staat zijn om goed afgestemd samen te werken om die kleine bewegingen te kunnen maken en te kunnen coördineren.
Bovendien moet dit hele gebeuren niet al te veel moeite en energie kosten zodat er nog ruimte over blijft om te begrijpen wat je leest. Om een verhaal te kunnen begrijpen moet je tegelijkertijd een beeld kunnen vormen van wat die letters je willen zeggen. Om een verhaal of zinnen te kunnen schrijven moet je je gedachten door middel van symbolen op papier kunnen krijgen. Kortom: een heel ingewikkeld proces waar nogal wat vaardigheden bij komen kijken. Een goed ontwikkeld visueel systeem is in feite voorwaarde om dit ingewikkelde proces goed te kunnen doorlopen.
In de loop van de komende afleveringen zullen wij je laten zien waarom de ontwikkeling van de motoriek, die van het visuele systeem en het zelfgenererend leervermogen niet los van elkaar gezien kunnen worden.