Naar aanleiding van de afgelopen afleveringen zijn we met de kinderen druk bezig geweest om van alles te oefenen. We zijn bij het begin begonnen en door middel van een gestructureerde opbouw willen we de kinderen stap voor stap de mogelijkheden geven om motorisch en visueel-motorisch (veel) vaardiger te worden. Bovendien willen we de kinderen zoveel ideeën geven waardoor ze op eigen initiatief, op school en thuis, weer meer zullen spelen en actief kunnen zijn.
In onderstaande video vertelt Ciska over het belang van gooien en vangen voor de ontwikkeling van het visuele systeem en het goed kunnen functioneren in de ruimte om je heen. De activiteiten van afgelopen weken zijn een heel belangrijke voorbereiding op het gooien van vangen waar we later dit jaar op uit zullen komen.
We zijn dus al begonnen aan het gestructureerd opbouwen van balvaardigheid door het spelen met ballonnen. Daardoor hebben de kinderen de gelegenheid gehad om hun visuele vaardigheden in het verticale vlak te oefenen: de ballon gaat langzaam omhoog en omlaag en ogen en handen (hebben de tijd om te) leren om beter samen te werken.
Door het rollen met een bal begeven we ons in het horizontale vlak: ver weg en dichtbij en van steeds verder weg naar dichtbij. Als variatie en voorbereiding op het gooien en vangen zou je het kaatsen van een ballon van het ene kind naar het andere toe kunnen voegen waardoor het bewegen en volgen in het horizontale vlak toegevoegd wordt.
De afgelopen tijd zijn we ook begonnen met het stuiteren van een bal. In het verticale vlak wordt nu meer snelheid gebracht waardoor de samenwerking van de ogen en de handen sneller en efficiënter moet gaan worden. Door oefening en herhaling krijgen de kinderen de kans om deze vaardigheden uitgebreid te oefenen, de vaardigheden in het lichaam te verfijnen en die te automatiseren en te verankeren.
Omdat de basis die we hier aan het opbouwen zijn voor de kinderen van uitermate groot belang is, is het belangrijk om de kinderen genoeg tijd en gelegenheid te geven om hun vaardigheden goed te oefenen. Dat kunnen ze door veel te oefenen en te herhalen met steeds een klein nieuw stapje erbij, ook al loopt dat niet (meer) in de pas met ons traject en wat we iedere week aan de orde laten komen.